Nidasjtere, wa es da?

Leo zijn ouders hadden een bakkerij aan 't Rad in Anderlecht.
Zijn moeder stond in de winkel en liep wel eens ongeduldig naar het atelier achteraan om de mannen wat spoed aan te manen: "Allez mennekes, nidasjtere!!".

Zij overleed veel te vroeg aan een agressieve kanker, en toen Leo kanker kreeg heeft hij die uitdrukking van zijn moeder tot de zijne gemaakt om de kanker een neus te zetten.

Niet opgeven, steeds vooruit kijken, ni dasjtere!!

Een beetje meer taalkundige uitleg?

As ’t er na tussen al de woure dee mè ’n D beginne ien es dat er bouven oeitspringt, den es ’t wel dasjtere. In zan bloemleizing schraaift Marcel de Schrijver ouver Dasjtere et volgende:

Verwoordde oorspronkelijk wellicht het geluid dat gemaakt wordt wanneer men in een brij (modder bijvb.) ploetert, en evolueerde daarna tot de volgende bijkomende verschillende betekenissen

W’emme da vè de puriste uuk oemgezet in ’t schuun Brussels:

Waa in ’t begin zeikerst ’t lawaait imiteire da gemokt weer as g’in misjmasj plootert (mour par eksempel), mo ’t evoluweidege ternoê no de volgede tefrente betiekenisse”):

Ge zet on ’t dasjtere: je bent je tijd aan ’t verliezen, je bent prutswerk aan ’t doen, je bent vuil werk aan ’t afleveren.

Dasjtereir: hij die dasjtert.

Dasjtert neet! Treuzel niet!

Bedasjterd: bemorst.

Dasjtere wordt ook gebruikt in de betekenis van eetwaren fijnstampen. Hutsepot maakt men door aardappelen en groenten dooreen te mengen… dui-ien te dasjtere.